Beroep: onderzoeker van verhalen achter voorwerpen

Op de eerste verdieping van de Kringwinkel in Geel ligt een schatkamer. Verwonderd glijdt mijn blik over een porseleinen pop, een veelkleurige vaas, een oude spelcomputer, een prachtig houten kistje. Op de fotografeertafel prijkt voor een witte achtergrond een kunstige glazen drinkbeker met versierd metalen puntdeksel. Schatbewaarder Maarten Vangeel toont me een houten doosje waarin piepkleine gewichtjes en een staafje liggen op een fluwelen bedje. Een goudweegschaaltje, vermoedt hij. Ergens onder een tafel staat een houten driewieler. Ineens herinner ik me hoe ik als klein meisje om het koertje achter ons huis rondjes fietste. Ik ben achter de schermen van uwkringding.be beland. In dit walhalla krijgen oude voorwerpen hun verhaal terug en vinden ze via een online veiling de weg naar een nieuwe, blije eigenaar.

Uwkringding.be is een initiatief van elf Kringwinkelcentra. De website is een online veiling waar tweedehands hebbedingen terecht komen bij liefhebbers en verzamelaars. Kandidaat-kopers bieden er op vintage, brocante en retro-spullen. Na een vooraf vastgestelde veilingperiode, gaat het voorwerp naar de hoogste bieder.

Elke dag iets nieuw leren

Hoe dat in zijn werk gaat?  Maarten: ‘Spullen die bij de kringloopwinkel binnenkomen, worden gesorteerd, afgewassen en geprijsd. Soms stoten we op een voorwerp waarvan we vermoeden dat er iets bijzonder mee is. Dan ga ik aan het werk.’ Maarten ontwikkelde een onderzoeksmethode die hem op het spoor zet naar de verhalen achter producten. Hij fotografeert het voorwerp en bijzondere details. Met die afbeeldingen gaat hij online op onderzoek naar de herkomst van het voorwerp. Dan publiceert hij afbeeldingen en een zo precies mogelijke beschrijving op uwkringding.be. ‘Ik probeer in te schatten wie naar het voorwerp op zoek kan zijn, en tracht hen dan via zorgvuldig gekozen trefwoorden in contact te brengen met het item.’

‘Dit is één van de meest interessante dingen die ik ooit gedaan heb in mijn leven’, zegt Maarten. Als hij iets ontdekt wat hij nog niet wist, geeft hem dat dagenlang energie. ‘Ik begin intussen vele dingen te herkennen. Bij elke opzoeking leer ik wel iets nieuw. En dan ontdek je eigenlijk dat je nog maar weinig weet.’

Het verhaal achter een ding geeft het extra waarde

Het verhaal geeft de producten waarde, zegt Maarten. En dat vindt hij belangrijk, ‘Want alle vormen van context verdwijnen tegenwoordig, en dat vind ik jammer.’

Hij vertelt over een wit porseleinen bord met op de onderkant stempels van zowel de landmacht als de marine van het Duitse leger. Maarten ontdekte dat borden uit die reeks hadden gediend in de mess van de Zeppelinbrigade. Een tijd geleden kreeg hij een veelkleurige vaas op zijn bureau. ‘Een lelijk ding als je ’t mij vraagt. Maar als je er op een bepaalde manier naar kijkt, verandert de kleur. Regenboogmotief noemen ze dat.’ Wat bleek: die vaas kwam uit het atelier van een kunstenaar die in 1903 overleed en aan het einde van zijn leven bijna uitsluitend leverde aan de Engelse Koningin. Achttien van die vazen staan overal in de wereld in belangrijke musea.

Of neem nu een bord met een spreuk, zoals die op elke rommelmarkt honderden voor een cent of wat van hand tot hand gaan. Met bijvoorbeeld deze boerenwijsheid: Daar alleen kan liefde wonen, daar alleen is ’t leven zoet, waar men stil en ongedwongen, alles voor elkander doet. Niks bijzonders, denk je dan. En toch. Maarten kreeg zo’n bord in handen en zocht uit waar de spreuk vandaan komt. Het blijken de laatste regels van een gedicht van Hieronymus van Alphen (1746-1803), die ook het bekende gedicht over Jantje schreef. Jantje zag eens pruimen hangen, als eieren zo groot…

‘Da’s toch tof, om zo in de oorsprong van schijnbaar banale dingen te duiken’, lacht Maarten. Waardoor wat banaal lijkt, vaak bijzonder blijkt te zijn. Hij wijst naar een kleurrijke schaal uit dik glas, waarvan hij bijna zeker weet dat het een oorspronkelijke Murano is. ‘Maar omdat het etiket ontbreekt, kunnen we dat niet met 100% zekerheid stellen. Dus zijn we voorzichtig en vertel ik dat het naar een ontwerp van Murano is.’

Elke dag ontdekkingsreizen maken

Het is niet allemaal kunst natuurlijk, wat door Maartens handen gaat. Vaak gaat het over hebbedingen uit de jaren zeventig of tachtig. Mensen willen die graag in huis halen, omdat ze herinneringen oproepen aan vervlogen tijden. Zoals een Monchhichi aapje dat veertig jaar geleden heel populair was. ‘Wie in die tijd opgroeide en daar mooie herinneringen aan heeft, wil soms zo’n ding in huis halen.’ Of een rubberen Tom&Jerry. Poppen, een bedlampje met een beeldje van Panoramix, een mechanische rekenmachine, een Commodore spelcomputer. Oude didactische kaartrollen die de meester in vervlogen jaren gebruikte in de klas. Of een bouwdoos van Mattel, die uiteindelijk niet om de inhoud, maar louter om de originele doos werd geveild aan een verzamelaar.

Soms wordt er ook iets uit de markt gehaald, omdat het niet meer in de tijdsgeest past. Een kunstig bewerkte slagtand mag dan wel mooi zijn, verkopen doen ze ’t niet. Net als een oud geweer dat soms opduikt bij het opruimen van een woning.

‘Ik voel me soms een ontdekkingsreiziger, zittend op een stoel achter mijn computer’, lacht Maarten. Een ontdekkingsreiziger en een verhalenverteller. Een meerwaarde-maker ook. Want de meerwaarde zit in de betekenis die Maarten toevoegt aan een voorwerp. ‘En dan blijkt dat wat voor de ene gewoon rommel is waar men zo gauw mogelijk vanaf wil, voor een ander een hebbeding is dat in geld uitgedrukt tientallen of zelfs honderden euro’s waard is. Dat is het bijzondere. Het maakt mensen blij. En dat is mijn reden van bestaan: dingen doen voor anderen.’

Na burn-out en bore-out: boekhouding is een perfecte baan

Het beroep van de netwerkbeheerder is een verdwijnende kunst aan het worden, zegt Kevin Elaerts. Grote bedrijven als Microsoft zetten in op cloudbeheer van data en zelfredzaamheid van de gebruiker. ‘Vroeger was de netwerkbeheerder bijna een tovenaar. Maar de magie is er nu helemaal vanaf.’ Tien jaar geleden begon Kevin als IT-er bij Kringwinkel Zuiderkempen. Gaandeweg – en dankzij de kansen die hij kreeg – ontdekte hij zijn liefde voor een ander ondersteunend beroep: boekhouding. Niet zozeer om de magie, wél omwille van de duidelijkheid. Boekhouding, dat is fout of Juist, zonder grijs gebied. De werklast is netjes in te schatten. Dat is mooi, want duidelijkheid, stabiliteit en rust zijn de basis onder Kevins werkplezier.

Rust, duidelijkheid en stabiliteit horen bij Kevins handleiding. Zijn collega’s snappen dat. Pas toen Kevin 22 was, ontdekte hij dat hij ADHD had. Veel te laat, helaas. Want mocht het allemaal wat vroeger opgemerkt zijn, had Kevin wellicht een heel andere studieloopbaan gehad. Tijdens een oriëntatiecursus bij VDAB viel Kevin op bij een stagiaire. In zijn gedrag herkende ze gelijkenis met haar broer. Zij verwees hem naar een specialist die de diagnose van ADHD stelde. Ze bemiddelde Kevin naar een IT-opleiding van GOCI (nu Synkroon). Hij deed stage bij CVO Diest en later in de Kringwinkel, waar hij in oktober 10 jaar in loondienst zal werken.

Hoe heeft ADHD, waarvan je toen nog niet wist dat het bij jou hoorde, in je jonge leven de weg gezeten, Kevin?

‘Als ik teveel stress ervaar, dan wordt het zwart in mijn hoofd. Als een knop die ineens uitspringt. Ik herinner mij de momenten dat ik op examens helemaal geblokkeerde. Ik kon me zelfs mijn naam niet meer herinneren. Als die knop dan weer aanging, werd ik agressief. Extreem agressief. Dat is blijkbaar een natuurlijke impuls die met ADHD samenhangt. Het resultaat is dat ik wel mijn ASO-diploma haalde, maar hogere studies lukten niet meer.’

Als je op die tijd op school terugkijkt, welk advies zou je geven aan mensen die in het onderwijs werken?

‘Dat ze er niet zomaar vanuit mogen gaan dat je veronderstellingen juist zijn. Kijk, wij hadden het thuis niet breed. We hebben armoede gekend. Dat had ook invloed op mij, maar niet zoveel als de ADHD. Leerkrachten en CLB hebben mijn problemen te gemakkelijk aan mijn thuissituatie toegeschreven. Moeite doen, ooglappen afzetten, dat is mijn advies. Proberen te zien wat er echt mis is. Dat is belangrijk.’

Pas op je 22e heb je een strategie moeten leren om goed met je ADHD om te gaan. Kan je me daar iets van vertellen?

‘In het begin werd dat met medicatie onderdrukt, maar dat pleegde roofbouw op mijn lichaam. Er moest dus iets anders gebeuren. Dan ben ik bij relaxatietherapie terecht gekomen. Om terug innerlijke rust te kunnen vinden. Het is niet zo effectief als medicatie, en daardoor krijg ik af en toe wel een agressieve aanval die ik niet kan onderdrukken. Het zwakt wel af, ook met ouder worden.’

Wat kunnen anderen doen om mee te helpen voorkomen dat het zwart wordt in je hoofd?

‘Het beste is niet pushen, mij niet in een hoekje duwen. Wat wel werkt is ruimte geven. Niet een opeenstapeling van taken in te korte tijd, maar mij genoeg tijd geven. Als ik denk dat ik tijd tekort zal komen, dan ga ik stressen.’

Na je stage bij de Kringloopwinkel, kon je in oktober 2010 in loondienst aan de slag als IT-ondersteuner. Je eerste job na je opleiding. Vertel eens.

‘Er was toen nog niemand in de IT. Ik heb heel veel werk gehad om het netwerksysteem te doen draaien. Vanaf 2016 werd het allemaal te veel. Ik was op. Ik sukkelde in een burn-out. In 2017 kwam er uiteindelijk een nieuw systeem, ontwikkeld door een externe firma. Dat begon al snel goed te bollen, maar met mij gebeurde het totaal tegenovergestelde. Ik had plots niks meer om handen. Na de burn-out kwam de bore-out.  Dat was een ramp. Ik vroeg mezelf af wat mijn nut nog was, en in mijn hoofd spookte de angst om mijn werk te verliezen. Uiteindelijk durfde ik dat bespreken, en begonnen we te zoeken waar ik wel kon bijspringen. Zo ben ik op de boekhouding terecht gekomen.’

Hoe ziet je werk er vandaag uit?

‘Het grootste stuk van mijn tijd gaat naar de boekhouding. Voor de IT doe ik nog interventies op locaties als er iets aan de computers kapot is. Printers installeren. Paswoorden resetten en dat soort dingen. Op de boekhouding doe ik de verkoopfacturen. In de toekomst zal dat waarschijnlijk stevig geautomatiseerd worden. Maar dan zal er nog altijd een boekhoudkundig bediende nodig zijn om te zien of er geen fouten inzitten. Ik doe dat graag.’

Wat maakt dat jij je werk graag doet, Kevin?

‘Ik vertrek thuis en ik weet hoe ik mijn dag ga indelen. Die stabiliteit is enorm belangrijk. Een vast ritme is ook belangrijk. En duidelijkheid. Bij de boekhouding zijn de werkprocessen helder gedocumenteerd en ik blijf daaraan bouwen. Alle handelingen, bronnen, controlepunten zijn tot in detail uitgewerkt. Dat werkt goed voor mij. De sfeer is ook wel belangrijk. Ik praat graag met de collega’s als daar ruimte voor is. De leidinggevenden staan open voor vragen. En voor mijn verzuchtingen, want die zijn er soms ook. Dat is voor mij wel belangrijk, want anders krop ik dat allemaal op. Dat zou van mij een cynische mens maken.’

Hoe kijk jij naar de toekomst? Sluimeren er ambities?

‘Ik leef nog op hotel mama. Eigenlijk zou ik wel zelfstandig willen wonen, maar dat is lastig. Ik verdien teveel om op de sociale markt te gaan huren, en te weinig om iets op mijn eentje in de private sector te huren. Ik studeer voor boekhoudkundig bediende in avondonderwijs en dat zit wel goed. Ik blijk de primus van de klas te zijn, met een fantastische score van 100%. Als ik mijn diploma heb, kan ik hopelijk stilaan evolueren naar een voltijdse job op de boekhouding. Bij de Kringwinkel, of later zet ik misschien de stap naar een KMO. Boekhouding, dat klopt voor mij helemaal. Het is wit of zwart. Daar zit geen grijs tussen. Het moet juist zijn. Dat geeft mij veel rust.’

Minder voedselverspilling, meer ruimte voor mensen in armoede

In de kringwinkel van Laakdal werkt een driekoppig team aan een jong en heel bijzonder project. Foodsavers Zuiderkempen is de naam. Food, van voedsel. Save, van redden en (be)sparen. Ze redden voedseloverschotten uit voedingswinkels van vernietiging en zorgen voor stockage en verdeling aan voedselbanken, sociale kruideniers, een sociaal restaurant en hulpverleningsorganisaties. Uiteindelijk komt het voedsel terecht bij mensen in armoede. Wat de ene teveel heeft, komt op die manier terecht bij een ander die te weinig heeft. Medewerker Victor Beckers staat pal achter die dubbele doelstelling. Hij herinnert zich levendig de tijd waarin voedselhulp een onmisbaar verschil maakte voor zijn gezin. 

Als Victor bezig is met ophalen, sorteren, wegen en invriezen van voedsel, moet hij geregeld terugdenken aan de tijd toen zijn gezin met een krap budget moest overleven. Toen de inkomsten van zijn gezin door een schuldbemiddelaar werden beheerd, was de voedselbank een deel van de redding. ‘Ik heb veel miserie gehad met afbetalingen en budgetbeheer. Ik weet heel goed hoe belangrijk dit werk is voor mensen die in armoede moeten leven.’

“Tijdens de corona-crisis lag het werk stil. Weten, dat mensen in de miserie zitten én weten dat er bij ons 5 volle diepvriezers staan, dát heeft me ferm dwars gezeten.”

Corona-crisis zette de boel op scherp

Tijdens de corona-crisis viel het werk een hele tijd stil. Geen ophaling meer, geen verdeling meer. Ook de voedselbanken – waar in vele gevallen meer dan 100 gezinnen beroep op moeten doen –  waren stilgevallen, zegt Victor. ‘Ik heb daar veel aan moeten denken. Want mensen die in de miserie zitten, hebben die pakketten echt nodig. Weten dat bij ons nog vijf diepvriezers vol voedsel zaten, en dat er bij de winkels ook voorraad was: dat heeft me ferm dwars gezeten.’ Begin mei mochten ze opnieuw opstarten, met een zucht van verlichting.

Kruispunt tussen overvloed en schaarste

Op maandag en donderdag haalt Victor voedseloverschotten op bij Aldi, Delhaize en Carrefour. Om de drie weken passeert hij bij een keurslager. Het blijkt voor de winkeliers een interessant partnerschap. Victor: ‘Onlangs kwam ik bij de ophaling aan de Delhaize de baas tegen. Die vertelde dat Foodsavers voor hem een serieuze kostenbesparing betekent. Wat wij ophalen moeten zij niet op de container gooien. Plus: wij organiseren dat goed, zodat er weinig of geen extra werk aanhangt voor de winkeliers.’

‘Vergis u niet,’ zegt Victor, ‘dat voedsel is allemaal nog heel goed materiaal. Bijna tegen vervaldatum, maar dat maakt helemaal niets uit voor de kwaliteit.’ Chocolade, koekjes, blikvoedsel, groenten en fruit, brood, vlees, vis en verpakte voeding wordt door het Foodsavers team gesorteerd, gewogen en opgeslagen. Vlees en vis gaat in de diepvries. Klaar om opgehaald te worden door voedselbanken en sociale organisaties. ‘En door een sociaal restaurant, die met deze voedselstock kunnen koken’, vult Victor aan.

Groei, omdat het goed werk is

Foodsavers Zuiderkempen verwerkt tegenwoordig zo’n halve ton per week, en het project is amper een half jaar geleden opgestart. ‘Ik voel dat er groei inzit’, zegt Victor. ‘Onze bestelwagen is soms al te klein om alles in één keer te kunnen laden.’ Als het van hem afhangt, mogen er nog meer winkels uit de regio bijkomen. Hij heeft er vertrouwen in. Achter de schermen wordt hard aan die groei gewerkt.

En daar zit zijn grootste wens. In de tien jaar tussen vandaag en zijn pensioen, hoopt Victor Foodsavers Zuiderkempen groter te zien worden. Niet alleen aan de aanbodkant, maar ook aan de kant van de gezinnen. Victor: ‘Het leven blijft maar duurder worden. Steeds meer mensen hebben minder geld of komen in armoede terecht. Dan kunnen de voedselbanken echt een verschil maken.’

“Je weet dat het werk voor een goed doel is. Minder voedselverspilling en meer mensen geholpen. Dat geeft voldoening.”

Toffe job

Hoe meer het werk groeit, hoe groter de kans dat Victor bij Foodsavers kan blijven werken. Het is een toffe job, zegt hij. Een mooie match ook voor hem, een senior-werknemer die genoeg vrijheid nodig heeft, zich mateloos kan ergeren aan betutteling en soms wat rap en ruw zijn gedacht zegt.  Bij Foodsavers Zuiderkempen vindt hij genoeg vrijheid en een goede collegialiteit in een klein en hartelijk team. Met een leidinggevende die hem gelijkwaardig benadert, die zorgt voor een sfeer waarin iets kan gezegd worden, en waar een ‘sorry’ de lucht vanzelf weer opklaart.  En, zegt Victor: ‘Je weet dat het werk voor een goed doel is. Minder voedselverspilling en meer mensen geholpen. Dat geeft voldoening.’