Tussen de soep en de patatten

Ze schitteren. Blinken. Lachen breed naar de zon en maken grapjes met elkaar. Werkbegeleiders Stien Vriens en Stephanie Reymen poseren trots aan de gevel van hun nieuwe professionele homebase. Het logo van InDeSoep prijkt boven hun hoofd. De creatieve sociale cateraar pionierde jarenlang in Heultje en verhuisde onlangs naar een nieuwe stek Laakdal. Een grotere plek, dichterbij de collega’s van Kringwinkel Zuiderkempen. Met een gloednieuwe professionele maatkeuken waarin een 12-tal medewerkers dagelijks verse soepen en maaltijden bereiden voor verkoop aan hoevewinkels, grootwarenhuizen en bedrijven. InDeSoep trok de kaart van business-to-business en werkt zichzelf op tot een gewaardeerde producent van vers, gezond en smakelijk kant-en-klaar voedsel. Gebracht tot bij de klant. Met liefde gemaakt door mensen voor wie de reguliere arbeidsmarkt te snel en te veeleisend is.

InDeSoep heruitgevonden

Het oude gebouw nabij de school in Heultje zal herinnerd worden als de plek waar sinds 2012 gepionierd werd. Waar soep gemaakt werd die de ploeg ’s middags op scholen uitschepte voor vrolijke kinderen. Waar bewoners uit de buurt binnensprongen voor verse salades, pastagerechten en soep. De vraag steeg, de locatie ging krap zitten. De zoektocht naar een nieuwe werkplek werd in gang getrapt. InDeSoep wilde zich richten op  het bereiden van topproducten voor bedrijven en winkels. In een groter pand, dat plaats kon bieden aan een professionele keuken en koeling. En vooral: waar medewerkers graag samenwerken om gezonde en kraakverse voeding te bereiden. Vandaag besteld, morgen geleverd.

En als dat lukt, wordt er al eens gezongen en gedanst, lacht Stien. ‘Als op een superdrukke dag de bestelwagen weer binnenkomt en alle klanten hun ding hebben gehad, dan kunnen we met z’n allen daarvan zo enorm deugd hebben’, vult Stephanie aan.

Zorgzame tewerkstelling

InDeSoep is een maatwerkbedrijf. Dat wil zeggen dat de kern van zaak draait om werkgelegenheid voor mensen die niet vanzelfsprekend een plek vinden op de gewone arbeidsmarkt. Omdat ze beter af zijn met aangepast werk, extra begeleiding en aandacht nodig hebben om hun leven op de rails te krijgen. Dat is de essentie, vertellen Stien en Stephanie.

Medewerkers vinden de weg via het OCMW, MPI of VDAB. ‘We bouwen met veel zorg aan een ploeg van mensen die het goed vinden met elkaar. Die zich hier goed voelen, en net daardoor kunnen groeien. Die hier respectvol leren omgaan met een ander.’ Nieuwelingen beginnen standaard met wat makkelijkere taken, en langzaamaan begint dan telkens weer het puzzelen om iedereen genoeg werkvariatie te bieden. Via groepsgesprekken blijft iedereen betrokken op elkaar en het werk.

Sfeer is alles

Het zit goed met de groep, vertellen de begeleiders. Er is een fijne balans tussen werk en plezier.  Tussen focus op de taak en aandacht voor wat er speelt in de levens van de medewerkers. Die combinatie geeft veel voldoening. Stien en Stephanie verbinden de zorg voor de mens met de drive voor een uitmuntend product. In een familiale sfeer. Het werk georganiseerd en uitgevoerd met iedereen erbij betrokken. Waar enthousiasme energie geeft en de professionele uitrusting van de keuken het kook- en bewaarproces efficiënt en leuk maakt.

Er moet stevig doorgewerkt worden. En toch wordt veel gebabbeld. Hulp verleend of doorverwezen naar andere hulpverleners. Tussendoor. ‘Casual’, zeggen ze. Met inlevingsvermogen en spontaniteit. ‘Zonder de maatschappelijk werker uit te hangen’, zegt Stephanie. Ze lacht, ze is zelf maatschappelijk werker van opleiding.

“Samen aan het werk babbelt makkelijker (dan aan een bureau van een hulpverlener). Tussen de soep en de patatten wordt er verteld. En kunnen we een verschil maken in het leven van onze medewerkers.” – Stien & Stephanie

Het gaat om de naturel van je houding, vinden beide collega’s. Om die échte belangstelling voor de ander, voor wie die is als mens en wat die nodig heeft om open te kunnen bloeien. Stien: ‘We gaan hier geen mensen redden. We gaan ons inzetten voor elkaar. Als een goed team, samen. Daar draait het in de kern om.’

Tussen de soep en de patatten
– of InDeSoep –
vloeit leven en werken in elkaar over
tussen mensen
die er graag zijn voor mekaar
en precies daardoor
het verschil maken.
Voor zichzelf, hun collega’s
en -trots – voor elke blije klant.

Het ene gesprek is het andere niet

Wat is, dat is. Gewoon zien wat is, en aanvaarden dat het is zoals het is, dat is het begin van ontwikkeling. Een fout maken in je werk, even niet meer zien hoe het beter kan, zitten twijfelen aan je capaciteiten, je schuldig voelen, of onbekwaam. Als het mag zijn zoals het zich aandient, wordt het lichter. Dan kan je weer gewoon mens zijn, met je kwaliteiten en die kleine of scherpe kantjes. Met je kracht en je tekortschieten. Niet zomaar op je eentje, maar gesteund door anderen. Door je baas, je collega’s en daardoor ook makkelijker door jezelf. Voor Nadine Robben, voormalig mede-eigenaar van strijkatelier en huishoudhulp ’t Plankske, ging bij ’t Gerief (sinds juli 2022 veranderde de naam naar ‘contenti’) een wereld van waarderend samenwerken open. Ongezien, zegt ze. Het geheim achter een werkplek waar mensen graag zijn en willen werken. Op een krappe arbeidsmarkt is meer dan een nice-to-have.

 Fouten maken mag

Ken je dat gevoel dat het je op het werk boven het hoofd groeit? Dat je de deadlines niet haalt, verzuipt in je onbeantwoorde email en je het stuur van je werk lijkt te verliezen? Het overviel Nadine meer dan eens.

Op zo’n lastige dag stapte ze naar de directeur. Met lood in de schoenen en de gedachte van kom, ontsla mij maar, want ik verdien niet beter.  Hans (de directeur) zei verrassend: nee Nadine. We zien talenten in u. Dingen die niet goed gaan, lossen we eerst op en gaan we daarna proberen te voorkomen. Nadine: ‘Hans draait de kwestie om. Hij wil weten waar ’t Gerief dan een steek liet vallen. Hij gaat ervan uit dat fouten gebeuren als het geheel niet optimaal verloopt.’ Dat was nieuw voor Nadine, nieuw en intrigerend. Want in zo’n gesprek ontstaat waardering voor wie je bent en voor je werk. In zo’n gesprek ontdek je dat je deel bent van een geheel, en dat daarin kansen én lastige kwesties meespelen. Een mens voelt zich meteen lichter. Er ontstaat perspectief.

Nadine: ‘Zo zou ik zelf vroeger, toen ik het toenmalige Plankske coördineerde, niet gereageerd hebben. Ik wist niet dat het kon. Maar het werkt. En dan wil je dat zelf ook gaan doen. Dan wil ik zelf mijn mensen ruimte geven om hun fouten te mogen maken. Om dat als een leerkans te zien voor henzelf en voor het geheel.’ Ze wil het leren. Haar collega’s kansen geven om na een tegenslag ook weer recht te staan en constructief door te gaan.

“Wij maken met ’t Gerief – en bij uitbreiding met Groep Talent – echt een verschil. Dat waarderend kijken naar mensen en situaties. Dat warm omgaan met mensen. Mensen kansen geven om te groeien. Fouten aanvaarden als iets dat gewoon hoort bij het leven. Dat daarvoor ruimte is, dat is speciaal.”

Zes praktijktips voor een waarderend gesprek

‘Ik ben goed op weg,’ zegt Nadine. Ze leerde veel door te luisteren naar hoe collega’s het doen. Ze pikt op, past toe en kijkt verwonderd naar de effecten. Zoals op een dag toen ze een moeilijk gesprek met een medewerker voor de boeg had. Ze wilde met collega Leen overleggen daarover. ‘Leen is een krak in gesprekken voeren. Maar ze was die dag niet op kantoor. Ik ben dan in gedachten in haar schoenen gaan staan en me afgevraagd hoe zij het zou doen. En dat hielp.’

Wat Nadine intussen leerde? Ze schudt 6 inzichten uit haar – ervaren- mouw

  1. Weet wat het doel is van je gesprek. En bedenk van daaruit een open vraag die constructief richting geeft aan het gesprek.
  2. Wees oprecht nieuwsgierig naar wat de ander vertelt en ervaart. Luister vanuit die open belangstelling.
  3. Neem de tijd die nodig is. En als je geen tijd hebt, zoek dan naar een moment dat wel past.
  4. Kies een rustige plek, waar je ongestoord vrijuit kan praten.
  5. Ontspan. Laat je eigen gedachten los over wanneer je het wel of niet goed doet. De ander is al blij als je echt luistert.
  6. Vat regelmatig samen. In de woorden van de verteller. Dan komen mensen zelf wel tot conclusies.

Ik luister …

Nadine leerde zich in die gesprekken te ontspannen. Door te zien doen, te ervaren, zelf te doen. En door veel te oefenen in de Bachelor-opleiding Sociaal Werk en de interne cursus Inspirerend Coachen. Nadine: ‘Er wordt in zo’n gesprek niet meer van mij verwacht dan goed te luisteren. En vragen te stellen die een nieuwe kijk bieden. Zoals deze: hoe zou het zijn als de situatie anders was? Mensen hebben meestal de oplossingen zelf in huis. Door oplossingen te suggereren, help je de ander niet verder op de langere termijn.’ Praten en beluisterd worden helpt de gedachten te ordenen. Al vertellend krijgen onze gedachten meer vorm en focus. En worden de oplossingen vanzelf zichtbaar.

Er groeide zelfvertrouwen bij Nadine. Het kan wél. Ze voelt meer verbinding met collega’s dan ooit. Ze ervaart dat ze een verschil kan maken voor een ander. Dat ze ruimte kan helpen maken voor talenten van zichzelf en medewerkers. Dat ze mensen kansen tot groei kan gunnen.

‘Nu wil ik leren hoe ik dit met groepen kan doen,’ zegt Nadine. Met haar strijkteams bijvoorbeeld. Samen met de coaches. Om tijd te maken voor elkaar en het te hebben over hun werk, hun samenwerken. Om een conflict op een verbindende manier aan te pakken. Of om gewoon te leren luisteren naar elkaar, en ieders verhaal te waarderen voor wat het is.

Want het is wat het is,
en daar begint de ontwikkeling.

Boskat legt eerste voedselbos aan in Herentals

In een uithoek van het terrein van sociaal groenbedrijf Boskat, verscholen achter de opslagruimtes, groeit in alle rust een bijzondere tuin. Een jarenlang verrommelde plek werd opgeruimd, schoongemaakt en aangevuld met zand en aarde. Jonge bomen, bessenstruiken, kruiden en groenten wortelen hier in grond die zich herstelt en een natuurlijk evenwicht hervindt. Op deze plek pionieren werkbegeleiders Ilja Holemans, Mathijs Monsecour en hun medewerkers met andere vormen van groenbeheer. Een bostuin noemen ze het, een mini-versie van een voedselbos. Hier doet Boskat praktijkkennis op om later in te zetten bij de aanleg en onderhoud van duurzaam en eetbaar groen. Inspiratie vinden ze in de permacultuur en praktijk van voedselbossen. Hun eerste grote project wordt de aanleg van een voedselbos in samenwerking met de stad Herentals.

Dit is een verhaal van liefde voor de natuur, bezorgdheid om de aarde en duurzame voedselvoorziening voor de mens. Een verhaal van mensen die elkaar en de gelegenheid vinden om hun passie in de praktijk om te zetten. We ontmoeten Mathijs en Ilja in hun prille bostuin. Een kronkelend, met houtschilfers bedekt pad leidt langs jonge fruitbomen, bessenstruiken, een moestuintje en spontaan opkomende wilde planten. In de visie van permacultuur zijn planten die wij gewoonlijk onkruid noemen niet iets om te bestrijden. Die onderlaag beschermt de aarde tegen uitdroging, brengt meer diversiteit en trekt insecten en vogels aan. Mathijs: ‘We zien ze als signaalplanten, die ons meer vertellen over hoe het gesteld is met deze grond. Met wat geduld en weinig ingrijpen, zullen we hier over enkele jaren vanzelf wilde kruiden kunnen oogsten.’

Permacultuur, wasda?

Niets doen, afwachten en vertrouwen op de herstelkracht van de aarde is een belangrijk principe in de permacultuur: een manier van tuinieren waarin de mens meewerkt met de natuur, in plaats van ertegenin. In de permacultuur voorziet de mens zichzelf van voedsel zonder de aarde te schaden. Dus zonder chemische gewasbescherming of insectenbestrijding. Met een absoluut minimum aan verstoring van de grond. In permacultuur-tuinen wordt niet gespit, amper gefreesd en wordt de grond zo weinig mogelijk betreden. Zware machines komen er niet aan te pas. Ilja kijkt rond en vertelt: ‘Als hier onderhoud moet gebeuren, zal het dus met de hand, niet met de bosmaaier, zijn.’

Voor de meeste medewerkers bij Boskat is deze visie nog nieuw. In de loop van de tijd zal de belangstelling vanzelf wel groeien, denken de werkbegeleiders. De eerste vragen komen al. Sommigen hadden nog nooit een appel zien hangen aan een boom. Of konden die lange, dikke groene vrucht niet herkennen als een courgette. Ilja: ‘Ook daar hebben we een taak, vind ik. Met onze gasten bezig zijn rond duurzaam groen en gezonde voeding, is ook een opdracht voor Boskat.

Aanstekelijk idee

De bostuin bij Boskat is een begin. Een natuurplek just for the fun of it. Waar collega’s kunnen vergaderen, waar gesprekken met medewerkers kunnen worden gevoerd zonder het formele zitten aan een tafel in een bureau. Waar de gasten dingen kunnen plukken, oogsten en proeven. En waar iedereen kan leren hoe groenwerk ook anders kan. Vriendelijker voor de aarde, mooier voor het oog en met opbrengst die we kunnen eten.

Het idee kwam bij Boskat aangewaaid via bestuurder Roger Dams, die – net als Ilja en Mathijs – thuis zelf tuiniert volgens de permacultuur principes. Ilja en Mathijs volgden cursus bij Louis De Jaeger, grondlegger van het Food Forest Institute en Bye Bye Grass. De bostuin is hun eerste gezamenlijke permacultuur project. Hier willen ze leren en ontdekken hoe ze de nieuwe kennis kunnen meenemen naar projecten bij bedrijven en lokale besturen. Want, zo vertellen ze: ‘Die saaie groene blokvormige aanplantingen en perken met uitheemse grassen zouden zoveel boeiender, ecologischer en relevanter kunnen worden. Met fruit en bessen. Met noten en eetbare planten.’

Een (eerste) hectare voedselbos in Herentals

Het eerste grote project is onderweg. In Herentals voorziet de stad een hectare grond voor een voedselbos. Boskat zal het bijzondere bos aanleggen, onderhouden en uitbaten. Bodemstalen zijn al in onderzoek. ‘Binnen afzienbare tijd gaan we grote stappen vooruit zetten’, zegt Ilja.

Mathijs: ‘Voedselbossen kunnen een belangrijke rol spelen in de klimaatadaptatie. De stad wil een inspirerend voorbeeld stellen, waar bewoners kunnen leren hoe het anders kan.’ In een voedselbos kunnen mensen ontdekken dat de natuur perfect in staat is om ons van voedsel te voorzien. En dat terwijl zo’n bosbodem ook nog eens water vasthoudt en dankzij diversiteit robuust en veerkrachtig is.’ Want, waar veel verschillende planten groeien, trekken die op beurt een bonte variatie aan insecten en kleine dieren aan. Al dat leven brengt zo’n ecosysteem in balans.

En dat zal nodig zijn, want onze landbouwgronden drogen uit en eroderen. Dat heeft alles te maken met de monocultuur die aan de basis ligt van de moderne landbouw. Bij voedselbossen is die afhankelijkheid van één gewas er niet. Bovendien leidt diversiteit tot minder plagen en dus minder afhankelijkheid van pesticiden. Uiteindelijk beschermt een bio-divers geheel op een natuurlijke manier zichzelf.

Anders telen, anders eten

Ilja en Mathijs zien in voedselbossen een weg naar voedselzekerheid in tijden van klimaatverandering. Een voedselbos, voldoende groot en divers, brengt meer op dan de traditionele landbouw. Meer, maar anders. En daar zullen we nog moeten leren mee om te gaan. Matthijs: ‘We zullen op termijn ons voedselpatroon daaraan aanpassen. Minder vasthouden aan de traditionele drievuldigheid van patatjes, groente en vlees. Meer eten wat het seizoen brengt en meer producten leren waarderen van meerjarige planten zoals fruit, noten en bepaalde – vaak vergeten – groenten.’

Gaan voedselbossen onze gekende akkerbouw op termijn vervangen? Ilja nuanceert. Het is de diversiteit waar we naartoe moeten. Naar een visie op de agrarische ruimte waarin zowel bos, voedselbos, akkerbouw, fruitplantages en waterpartijen aanwezig zijn. Hoe meer verschil er is in aanplanting, hoe meer insecten, gezond bodemleven en kleine dieren er terugkomen die dan bijdragen aan het geheel. En hoe minder we nog moeten ingrijpen met chemische producten die wel gewassen beschermen maar het overige leven vernietigen.

Boskat: groen en groei.

Boskat trekt al jarenlang de groene kaart. Met onderhoud van bedrijfsterreinen en openbare ruimten. Met de aanplanting van nieuwe bossen. En nu mogen daar bostuinen en voedselbossen bijkomen. Om de biodiversiteit op te krikken, daar gaat het uiteindelijk om. ‘En om te inspireren. Onze eigen arbeiders in de eerste plaats. Onze klanten. Bedrijven in de regio. Lokale besturen’, zeggen ze.

En dat allemaal in de filosofie van Boskat: groenbedrijf voor de aarde en de mens. Groeibedrijf voor mensen die er zinvol werk doen, kameraadschap beleven en hun leven in een goeie plooi krijgen.

 

Meer lezen, leren over permacultuur en voedselbossen?